Door corona is het internationale lucht- en zeevracht flink verstoord, met lange wachttijden en hoge prijzen tot gevolg. De derde optie, vervoer per trein ziet haar kans. Vervoer per rail is veel sneller als per schip, en ten opzichte van luchtvracht is het een stuk goedkoper.
Terwijl de wereldeconomie zwaar zucht onder de corona-crises, is het op de spoorlijnen tussen China en Europa drukker dan ooit tevoren. Vorig jaar reden 12.000 treinen met in totaal 200.000 containers op het traject tussen China en Europa – 3.000 treinen meer dan in 2019. De spoorwegmaatschappij, waarvan de hele goederentak zware verliezen lijdt, verwacht halverwege dit decennium de grens van een half miljoen containereenheden te kunnen doorbreken.
Dat het treintransport groeit tijdens een economische crisis is opmerkelijk, maar ook te verklaren. China heeft zijn grenzen uit angst voor het virus gesloten, waardoor er nog nauwelijks passagiersvluchten zijn, en dus ook veel minder vracht meekan in de vliegtuigruimen. Door de vele geannuleerde vaarten is ook de scheepvaart verstoord. Door alle lockdowns loopt de bevoorrading van (online) winkels gevaar. Om geen klanten te verleizen, moet de retail op zoek naar een mogelijkheid om toch de bevoorrading op peil te houden. De oplossing hierbij is gevonden in het vervoer per trein.
Hierbij speelt ook nog dat delen van China op slot hebben gezeten of nog steeds zitten. Wanneer vervolgens weer geproduceerd wordt, moeten de producten snel naar Europa. Zeevracht is te langzaam en te onzeker, luchtvracht te duur. Per spoor zijn de goederen in ruim twee weken in Nederland, Duitsland of België en de prijzen zitten tussen lucht- en zeevracht in. Voor veel bedrijven is vervoer per spoor hiermee een goede optie. Waar in het verleden veelal hoogwaardigere vracht per spoor naar Europa werd vervoerd, kiezen veel bedrijven nu ook bij andere goederen voor de rails.
De Chinees-Europese railverbinding bestaat al sinds 2009 en is ruim 9.000 kilometer lang. Jarenlang was het traject verliesgevend, waarbij de verbinding met Chinese subsidies overeind werd gehouden. Tegenwoordig doen de verbindingen het van Chongqing, Chengdu en Zhengzhou naar Europa het goed. En nu veel bedrijven de voordelen van treintransport zien, zullen deze niet snel terugkeren naar zeevracht.
Een volledig alternatief zal de trein echter nooit worden voor de zeevracht. Op een gemiddelde goederentrein passen 42 containers, op een gemiddeld schip 20.000. Het marktaandeel van 3% dat het spoor nu heeft, zal nog wel vergroot kunnen worden, maar zeevracht zal blijven bestaan.